Kleine zorgaanbieders haken af in Deventer
De gemeente Deventer heeft in het voorjaar besloten dat de tarieven voor kleine zorgaanbieders in de WMO in 2019 omlaag gaan. De ChristenUnie heeft daar bezwaar tegen gemaakt omdat het een eenzijdige bezuiniging was. Nu blijkt dat er heel veel kleine zorgaanbieders zijn afgehaakt. Dat betekent minder keuze in de zorg. In de raadsvergadering van 19 december heb ik daar vragen over gesteld.
In mei 2018 moesten de tarieven van de WMO (voor bijvoorbeeld dagbesteding) met stoom en kokend water worden vastgesteld. De gemeenteraad werd door het college voor een voldongen feit gesteld. We hadden toen al zorgen over de bezuiniging op de tarieven, omdat we signalen kregen dat de prijzen niet reëel waren. Het college wuifde dat weg en gaf aan dat de kleine zorgaanbieders een waardevolle aanvulling zijn voor Deventer. Vernieuwing en maatwerk moet vooral van hen komen.
Maar bij de aanbesteding voor 2019 blijken veel kleine zorgaanbieders afgehaakt. Het kan voor hen niet uit om voor de gemeente Deventer te werken. De tarieven zijn gewoon te laag. Op die manier blijven alleen de grote zorgbedrijven over. Dat betekent weinig keuze, minder kwaliteit en minder maatwerk. Dat is een flinke verarming, want niet iedereen die ondersteuning nodig heeft, is geschikt voor hulp in grote groepen.
Op mijn vragen gaf wethouder Grijsen aan dat ze de aanbesteding zal gaan evalueren en ondertussen in gesprek is met de kleine aanbieders. In april is alle informatie beschikbaar. Dan willen we zo snel mogelijk met haar in gesprek.
Henrike Nijman
fractievoorzitter